Structuurplan Dudok - 1949

Kaartviewer (laden kan paar seconden duren)

Kort na de Tweede Wereldoorlog maakte architect W.M. Dudok een plan voor herstel en verdere uitbreiding van Den Haag. In tegenstelling tot zijn gedetailleerde vooroorlogse uitbreidingsplan Den Haag Zuidwest was dit een globaal ontwikkelingsplan op niveau van het Haagse stadsgewest. Naast het Haagse grondgebied bevatte het plangebied ook delen van buurgemeenten zoals Wateringen, Rijswijk en Voorburg. Normaal gesproken was (en is) het niet mogelijk om uitbreidingsplannen voor buurgemeenten te maken, maar door het plan een 'structuurplan' te noemen kon het plan in 1949 toch worden geaccordeerd door de eigen gemeenteraad. Als structuurplan had het plan namelijk geen wettelijke status, het moest worden beschouwd als richtlijn voor beleid voor de komende jaren.

Bestaande stad
De bestaande stad werd in het plan enigsziens onzien. De enige voorgestelde ingrepen waren verbredingen van belangrijke verbindingswegen en een aantal nieuwe doorbraken door het centrum. Het meest rigoureuze voorstel was de oost-west doorbraak tussen Malieveld en Loosduinseweg. Hiervoor waren drie varianten mogelijk, namelijk 1) een noordelijke variant via Zuid Hollandlaan-Kazernestraat-Noordwal, een 2) zuidelijke variant via Tournooiveld-Lange Vijverberg-Plaats-Nobelstraat-Westeinde, en een 3) middenvariant via Zuid Hollandlaan-Kazernestraat-Torenplein-Westeinde. Voordeel van de middenvariant ten opzichte van de noordelijke variant was dat Paleis Noordeinde zou worden gespaard. Echter, hier stond tegenover dat het Paleiskwartier zou worden opgeofferd. Uiteindelijk is geen van de drie varianten ten uitvoer gebracht.

Een tweede opvallende doorbraak was de noordzuid verbinding tussen de Johan de Wittlaan (Zorgvliet) en de Calandstraat (Laakhaven). Deze route zou onder andere dwars over het Prins Hendrikplein gaan lopen.

Uitbreidingen
De uitbreidingsgebieden zijn globaal in twee categorieen te verdelen. Ten eerste doelde Dudok op wederopbouw van gebieden die gedurende de oorlog waren verwoest. Denk hierbij aan de schade in Bezuidenhout en de Atlantikwall. Ten tweede werden nieuwe gebieden aangewezen waar de bevolkingsgroei kon worden opgevangen. De verwachting was dat Den Haag immers zou doorgroeien van 450.000 inwoners in 1945 naar minimaal 700.000 inwoners in 1975. Dudok hield zich hierbij niet aan de bestaande gemeentegrens van Den Haag, hij keek vooral naar de (te vormen) samenhang in het gehele stadsgewest. Dudok vond dat het stedelijke gebied op een heldere manier moest worden onderscheiden van het omliggende platteland, dus hij bedacht een rondweg om de stad die tevens kon dienen als bebouwingsgrens. Het gebied tussen de bestaande stad en de rondweg werd opgevuld met een gridvormig stratenpatroon met daartussen nieuwe wijken. Richting het centrum zouden de wijken dichter bebouwd worden en voor voorzieningen aantakken op de bestaande stad, terwijl de wijken nabij de rondweg een kleinschaliger en zelfstandiger karakter hebben.

Bijzonder waren ook de grote industriegebieden met havens langs de Vliet nabij Rijswijk en Voorburg. Deze eerste werd vanaf 1953 daadwerkelijk aangelegd, waarbij slechts een klein deel van de voorgestelde havens werd gegraven.

Infrastructuur
Dudok voorzag dat het autoverkeer een vlucht zou nemen in de eerstvolgende decennia. Hij reserveerde in zijn structuurplan dan ook veel ruimte voor dit vervoermiddel. Elke wijk moest goed bereikbaar zijn, zowel de wijken in de bestaande stad als in de uitbreidingswijken. Al het verkeer door de binnenstad leiden was geen optie, want dat zou alleen maar grote opstoppingen tot gevolg hebben. Dudok was dan ook de eerste ontwerper die een rondweg rond Den Haag tekende. Naast het vergroten van de lokale bereikbaarheid zou de rondweg ervoor zorgen dat regionaal verkeer werd omgeleid langs de binnenstad.

Ook de bereikbaarheid over het spoor was voor Dudok belangrijk. Vooral Den Haag Zuid-west, de plek waar de meeste nieuwbouw zou verrijzen, verdiende een eigen aansluiting op het spoornet. Dudok tekende een ringspoorlijn die vanuit het Centraal Station globaal zou moeten lopen via Madurodam-Sportlaan-Houtwijk-Morgenstond-Moerwijk waarna de lijn op het Rijswijkse grondgebied weer moest aansluiten op het bestaande spoor tussen Rotterdam en Den Haag. Het noordelijke deel van deze ringlijn zou dan ondergronds worden aangelegd, het zuidelijke deel bovengronds. Een tweede ondergrondse lijn werd voorgesteld tussen het Centraal Station en Ockenburgh, deze zou grotendeels onder de Laan van Meerdervoort worden aangelegd. Dit spoornetwerk was overigens niet geheel nieuw voor Dudok: in zijn uitbreidingsplan voor Den Haag Zuidwest uit 1935 reserveerde Dudok tussen Morgenstond en Bouwlust (nu brede groenstrook) al ruimte voor een spoorwegemplacement.

Aan de oostzijde van de stad trok Dudok de Hofpleinlijn, evenals de spoorlijn naar Scheveningen, parallel aan de nieuwe hoofdwegen, zodat de diagonale lijnen op de kaart door Voorburg en Mariahoeve konden worden opgeheven. De vrijkomende ruimte zou dan volledig benut kunnen worden voor nieuwe bebouwing. Ter hoogte van de stadsgrens bij Mariahoeve moesten beide spoorwegaftakkingen met elkaar worden verbonden. Hierdoor was een rechtstreekse OV-verbinding mogelijk tussen Rotterdam Centraal en Scheveningen.

Dudok in het huidige stadsbeeld
Het structuurplan van Dudok was vooral een richtlijn voor ruimtelijke ontwikkelingen. Het bevatte geen concrete uitwerkingen van nieuwbouwwijken. Toch heeft dit plan een behoorlijk grote invloed gehad op de ruimtelijke ontwikkelingen in de 20e eeuw. De rondweg (buitenruit) ligt op vrijwel exact dezelfde plek als Dudok heeft voorgesteld, met het voornaamste verschil dat Dudok nog geen rekening had gehouden met de aanleg van snelwegen in het zuidoosten van de stad. Een ander opvallend element is de hoofdweg tussen Ypenburg en de Binckhorst. 70 jaar na dato is deze hoofdweg alsnog in aanbouw, onder de naam Rotterdamsebaan.

Ook de voorgestelde uitbreidingsgebieden met hoofdwegenstructuur zijn grotendeels overgenomen. Niet alleen in Den Haag, maar ook in Rijswijk. Het moderne deel van Rijswijk is grotendeels opgezet conform de stedenbouwkundige ideeën van Dudok. Daarnaast ligt het bedrijventerrein Plaspoelpolder precies op de locatie die Dudok voor ogen had, al is de havenuitbreiding door veranderende economische activiteiten in het gebied achterwege gebleven. Voorburg daarentegen heeft zich minder aangetrokken van Dudok.


Bron kaart: Studie Structuurplan groot 's-Gravenhage - W.M.Dudok (1947)